Berichten voor Princenhage
  Nieuwsarchief
  Evenementen
  Zoek winkel of onderneming
  Uitgaan en eten
  Winkelen in België/Frankrijk
  Princenhage in foto's
  Kerkelijk leven, moskee
  Weerberichten
  RECLAMEFOLDERS
  Albert Heijn
  Aldi Supermarkt
  Dirk van den Broek
  Etos Princenhage
  ISPC-Hanos
  Jumbo
  Lidl Prinsenbeek en Breda
  Makro aanbiedingen
  Sligro folders
  Winkelhart Etten-Leur
  Apotheken
  Banken/geldautomaat/Mr Cash
  Bibliotheek, digitheek
  Brandweer
  Dierenzaken
  Dokters, geneesheren, tandarts
  Gas en licht, energie
  Links naar andere sites
  Gemeente, afval, zorg, vervoer
  Internet, WiFi
  Musea
  Onderwijs, kinderopvang
  Politie
  Postkantoor
  Sport / recreatie
  Televisie kijken
  Verenigingen, sociaal werk
  Wonen in Princenhage
  Wijkraden in de omgeving
  Wijkblad-Lapteen-De Stem
  Princenhage in een notedop
  Colofon
  Genealogie Kuipers
  Zonwering Breda Nooren van der Avoird

 

 

 


Geschikt Wonen voor Iedereen: het beleidsplan Princenhage/Heuvel
Het in 1998 gestarte project GWI (Geschikt Wonen voor Iedereen) binnen Breda verloopt als gepland. Na ondertekening van het GWI-manifest eind 2007 werkt Soab in opdracht van de gemeente aan de gebiedsvisies GWI. De resultaten van de gebiedsnotitie Princenhage/Heuvel zijn vooraf behalve aan de maatschappelijke partners ook voorgelegd aan de ambtelijke werkgroep GWI (met vertegenwoordiging van Buitenruimte, RO, O&I en MO) en aan de stuurgroep Wijkontwikkeling. De gebiedsvisie geeft naast inzicht in GWI-ontwikkelingen ook inzicht in andere ontwikkelingen in de wijk en wordt gebruikt als richtinggevende input voor andere beleidsproducten zoals de uitwerking van de Maatschappelijke Visie, het beleidskader Wmo, de gebiedsdoelen wonen en de uitwerking van de visie Openbare Ruimte. De gebiedsnotitie dient als basis en houvast voor de directie MO en de maatschappelijke partijen om onder regie van de gemeente verder invulling te geven aan de uitvoeringsplannen GWI met als sluitstuk een gebiedsconvenant waarin taken en verantwoordelijkheden, inzet van uren en middelen van de deelnemende partners zijn vastgelegd. Vervolgens gaan de partijen aan de slag met de uitvoering van de gemaakte afspraken.

Samenvatting
Deze rapportage geeft een typering van het gebied en gaat in op de bevolkingssamenstelling en de sociale situatie. Er wordt aandacht besteed aan het onderdeel wonen (woningvoorraad, aanpasbare woningen, de specifieke woonvormen), de woonomgeving (basisvoorzieningen, bereikbaarheid en toegankelijkheid en de leefbaarheid), de sociale infrastructuur, welzijn en zorg (zonering en zorgkruispunten, zorg, sociale infrastructuur) en het rapport sluit af met conclusies.

Bevolkingssamenstelling
Het GWI-gebied Princenhage/Heuvel bestaat uit twee wijken. Daarnaast behoort het buitengebied met Effen, de Rith en Liesbos, ten westen van de snelweg A58/A16 tot het GWI-gebied. De wijk Princenhage is te omschrijven als een dorp in een stad. In 1942 is het dorp bij de gemeente Breda gekomen. De villabuurt Heilaarpark en het bedrijvenpark de Heilaar ten westen van Westerpark behoort ook tot Princenhage. De wijk Heuvel is gebouwd vanaf de jaren’50 van de vorige eeuw. Doordat de wijk door twee stedenbouwkundigen is ontworpen, zijn twee verschillende buurten te onderscheiden. Het Zuidwestelijk deel heeft woonstraten met eengezinswoningen omsloten door groenzones. Het oostelijk deel heeft een stedelijk karakter, rechte straten waar zich met name portiekflats bevinden. Het buitengebied bestaat uit een kleine kern Effen en een tweetal buurtschappen Liesbos en de Rith. 

Het GWI-gebied Princenhage/Heuvel telt per 1 januari 2008 ongeveer 15.250 inwoners. In de buurtschappen tezamen wonen 850 inwoners. De bevolkingssamenselling van het GWI-gebied is nagenoeg hetzelfde als die van Breda. Het aantal ouderen van 65 jaar en ouder ligt precies op het gemiddelde van Breda (15%). Wel zijn er verschillen te constateren tussen Princenhage (8.150) en Heuvel (6.300). Princenhage heeft een groter aandeel 55-plussers dan Heuvel, 33% tegen 24 %. In de buurtschappen is meer dan eenderde een 55-plusser. Volgens de bevolkingsontwikkeling tot 2020 wonen er naar verwachting 15.850 mensen in het GWI-gebied. In 2020 zal het aandeel 65-plussers nagenoeg gelijk blijven met het Bredase gemiddelde (18% t.o.v. Breda 17%). De groep niet-westerse allochtonen is in het GWI-gebied iets meer vertegenwoordigd in vergelijking met de rest van Breda (12% t.o.v. 10%). In Heuvel vertegenwoordigen niet-westerse allochtonen bijna 20% van de bevolking.

In Breda wordt de z-score gehanteerd als indicator van de sociale situatie in de wijk. De weegfactoren zijn het percentage Wet Werk en Bijstand (WWB), niet werkende werkzoekende (NWW), het aantal 16 plussers met een vmbo-opleiding of lager en het percentage eenoudergezinnen. De weegfactoren van de z-score zijn risicogroepen die, volgens het Sociaal Cultureel Planbureau, extra risico lopen op sociale uitsluiting. De uitsluiting heeft betrekking op minder sociale participatie (contacten), financiële/materiële tekorten en onvoldoende toegang tot onderwijs, zorg, wonen en maatschappelijke instanties. Aan de hand van de z-scores is te constateren dat er verschillen zijn tussen de buurten.
Het sociaal profiel verschilt sterk per buurt. Heuvel kent op de Bredase schaal sterke sociale achterstanden, hier is ook het percentage niet-westerse allochtonen het hoogst. De wijk Princenhage scoort gemiddeld en de buurtschappen hebben weinig sociale achterstanden. 

Op de rangorde van de 38 Bredase gebieden, staat Princenhage op de 19e plaats en Heuvel op de 7e plaats. De leefbaarheid in Heuvel is overigens sterk verbeterd. Uit de enquete van de wijkraad Heuvel blijkt dat het fijn wonen is in Heuvel en dat de onveiligheidsgevoelens onder ouderen (13%) minder is dan het gemiddelde van Breda (14%)

Wonen
Van de ongeveer 6.900 woningen in het GWI-gebied, waarvan 300 in het buitengebied, is 39 % (2.690) een sociale huurwoning. Dat ligt boven het gemiddelde in Breda (27%).
De samenstelling van de woningvoorraad naar eigendom verschilt per buurt, Bijna driekwart (74%) van de woningvoorraad in Heuvel is een huurwoning, m.n. in de sociale huursector (62%). Laurentius en WonenBreburg zijn de corporaties die in Heuvel bezit hebben. 

In Princenhage is minder sociale huur aanwezig dan het stedelijke gemiddelde (21% t.o.v. 27%) en iets meer particulier huur (19% t.o.v . Breda 14%) Het aandeel koop ligt in Princenhage op het Bredase gemiddelde (60% t.o.v. 59%). In het buitengebied bestaat de woningvoorraad voornamelijk uit koopwoningen. 

Vergeleken met Breda heeft het GWI-gebied een groot aantal portiekflats. Deze bouwvorm is voornamelijk in de wijk Heuvel aanwezig. Nagenoeg alle woningen in de buurtschapen zijn grondgebonden eengezinswoningen. In Princenhage is het percentage laagbouw hoger dan gemiddeld in Breda. 

In de wijkenquetes die zijn gehouden in de maand van het wonen in 2008 kwam naar voren dat bewoners van Princenhage/Heuvel voor goedkope woningen en woningen voor gezinnen opteerden.

De geschiktheid van de woningvoorraad van het GWI-gebied ligt op de niveau wat landelijk als norm wordt gehanteerd (27%). De aanpasbare woningen zitten voornamelijk in het aandeel benedenwoningen in Heuvel en in het aandeel appartementencomplexen met lift. Het aandeel aanpasbare woningen in de buurtschappen en in Princenhage ligt lager. Het hoger aandeel laagbouwwoningen in deze gebieden vraagt om een hogere investeringsslag om deze bouwvorm aan te passen. 

In de beleving van ouderen komt het toereikende aandeel aanpasbare woningen niet terug: 21% vindt de eigen woning niet geschikt voor ouderen (Breda 7%). In totaal verwacht 21% van de ouderen in het GWI-gebied problemen met zelfstandig wonen, wat ongeveer gelijk is aan het Bredase gemiddelde (20%). 

Tevens beamen zowel Dorpsraad Princenhage als de Wijkraad Buitengebied Zuidwest dat er een tekort aan geschikte woningen voor ouderen is. In het buitengebied zijn er geen ouderenwoningen beschikbaar volgens de wijkraad. De Wijkraad Heuvel geeft aan dat ouderen graag in de eigen wijk willen blijven wonen, maar dat er te weinig betaalbaarbare huurwoningen zijn.

Het GWI-gebied heeft een ruim kwantitatief aanbod aan specifieke woonvormen met zorg en/of ondersteuning. Ook voor mensen met beperkingen is de capaciteit aan specifieke woonvormen toereikend.

Woonomgeving
Het gebied beschikt over een goed algemeen voorzieningenniveau.
De wijk is met het openbaar vervoer toegankelijk. Verschillende buslijnen rijden door de wijk via de doorgangswegen. In het buitengebied kwam uit de wijkwaarderings-enquete van de wijkraad naar voren dat de gebruikers van de lijnbus voor een andere route opteren en potentiële gebruikers meer bushaltes wensen. 

Ouderen in het GWI-gebied (13%) vinden de woonomgeving iets minder geschikt voor ouderen dan in Breda (11%). Van de ouderen geeft niemand aan in een onprettige buurt te wonen. 

Naast de beleving geeft de veiligheidsmonitor feitelijke gegevens weer op het gebied van leefbaarheid.
Binnen de leefbaarheid is de sociale cohesie van belang. De sociale cohesie is in Princenhage gemiddeld; in Heuvel scoort de sociale cohesie laag in vergelijking met andere Bredase gebieden. Wel is te constateren dat het beter gaat met Heuvel. Uit de enquete van de wijkraad Heuvel blijkt dat het fijn wonen is in Heuvel. Van de ouderen voelt 13% zich wel eens onveilig in de buurt wat iets minder is het gemiddelde van Breda (14%) is. 

Het Mgr. Nolensplein was in de veiligheidsmonitor (2006) nog één van de engste plekken van Breda.
Nu komt de plek in deze lijst niet meer voor. Het plein blijft wel een aandachtpunt voor de wijk. Momenteel is de aangestelde veiligheidsregisseur vanuit de gemeente bezig met een plan van aanpak om de beeldvorming rondom het Mgr. Nolensplein te verbeteren.


Sociale infrastructuur, welzijn en zorg
Voor het GWI-gebied zijn twee centrale zones aangewezen. Een centrale zone ligt rond voorzieningen rondom de Haagse markt Princenhage en de andere rondom het Mgr. Nolensplein Heuvel. De centrale zone vormt de basis voor het ordeningsprincipe van GWI. Het gaat om een in omvang afgebakend woonmilieu waar voor de bewoner alle belangrijke functies aanwezig zijn om te voorzien in de dagelijkse levensbehoeften. De haalfuncties zijn op loopafstand bereikbaar, de primaire onplanbare brengfuncties (acute aandacht, hulp en zorg) zijn ‘om de hoek’ aanwezig en kunnen door de aanwezigheid van een 24-uurs uitvalsbasis zeer snel worden geleverd.

Het midden van de centrale zone in Princenhage bevindt zich op de Haagweg waar het merendeel van de voorzieningen van Princenhage zijn gevestigd. In het noordwesten van de centrale zone bevinden zich de woonzorgcentra Haga en Lucia van de holding Oranjehaeve-de IJpelaar (ODIJA) en het steunpunt Princenhof van de SOB. Aan de Van Genkstraat gaat de Breedonk een kleinschalige woorvorm realiseren van 24 plaatsen voor de doelgroep psychogeriatrie.

De centrale zone van de Heuvel is rondom het Mgr. Nolensplein vastgesteld. Bij het plein is de ontwikkeling van het Huis van de Heuvel van belang. Een goede afstemming met het woonzorgcomplex in de Talmazone is gewenst.

Het aantal accommodaties voor buurt- en gemeenschapshuizen ligt boven de norm voor de voorzieningen binnen de sociale infrastructuur. Er zijn drie gemeenschapshuizen: de Koe, de Vlieren en de Kievitslaar.

Er zijn twee jongerenruimten in het GWI-gebied aanwezig. Het gaat om de Pitstop in Princenhage en jongerenruimte BASE 100 in Heuvel. 

In het GWI-gebied zijn vijf basisscholen en scoort daarmee onder de norm sociale infrastructuur. De scholen kampen met ruimtegebrek wat momenteel wordt opgelost met noodlokalen. Het gaat om Sinte Maerthe (r.k.), de Eerste Rith (r.k.) en de Vlier, lokatie de Doelen (o.b.s.), Keysersmolen (.r.k.) en basisschool Effen (r.k.). Daarnaast is er de Spreekhoorn in de Dirk Hartogstraat, een school voor kinderen met een auditieve of communicatieve beperking. 

Ten aanzien van de eerstelijnsgezondheidszorg zijn er volgens het onderzoek van de GGD naar huisartsenzorg geen knelpunten te verwachten. De komst van de HOED in de Esserstraat speelt in op de toekomst.

Aandachtspunten
Voor de participanten die actief zijn in het gebied, zijn de volgende punten van belang voor het uitvoeringsplan:

1. Vanwege de twee sterk van elkaar verschillende buurten is het raadzaam de twee centrale zones afzonderlijk uit te werken door twee werkgroepen en de zorgkruispuntfunctie in Heuvel en Princenhage nader in te vullen.
2. Afstemmen werkzaamheden GWI-project met andere betrokken organisaties als corporaties, zorginstellingen en aanbieders van bijzondere doelgroepen en. Ook de twee wijkraden en de dorpsraad moeten nadrukkelijk worden betrokken bij het proces. Tevens vindt afstemming plaats en een koppeling met de activiteiten in het kader van de wijkontwikkeling.
3. Verder uitwerken samenwerking op het gebied van zorg en ondersteuning aan huis en het vergroten van het aanbod van zorgarrangementen.
4. De (on-)mogelijkheden bekijken om ouderen in het buitengebied te ondersteunen in het zelfstandig wonen. De wens bestaat om ‘haaldiensten’ onder te brengen in een voorziening in de buurt.
5. Vanuit de GWI-werkgroep nagaan op welke wijze een input kan worden geleverd die bijdraagt aan oplossingscenario’s om het tekort aan aanpasbare woningen in te lopen. Hierbij wordt ook een relatie gelegd met de gebiedsdoelen wonen.
6. De mogelijkheden bekijken om te komen tot een verbreding van de wijkinformatiefunctie in Heuvel en Princenhage. Hierbij kan worden aangesloten bij bestaande wijkinformatiepunten (bijvoorbeeld steunpunt Princentuin in Princenhage van de SOB).

Blik op het proces
Kijkend naar de gebiedsanalyse valt op dat Princenhage/Heuvel twee totaal verschillende wijken zijn.
Vanwege de verschillen is het wenselijk dat er twee werkgroepen worden gevormd die verder gaan werken aan de invulling van de centrale zones. De wijkraad Buitengebied Breda Zuidwest wordt betrokken bij de werkgroep die zich gaat bezighouden met de invulling van de centrale zone Princenhage. Daarbij wordt zoveel als mogelijk aangesloten bij de vele activiteiten die reeds lopen.

De gebiedsvisie biedt een goede basis om in de uitvoering hier verder invulling aan te geven.
Samen met de maatschappelijke partners (zie vervolgstappen) wordt nagegaan wat kan worden gerealiseerd en op welke termijn. Ook wordt duidelijk wat de eventuele hobbels zijn. Het accent ligt op de activiteiten die gezamenlijk op korte termijn kunnen worden gerealiseerd en tot meetbare resultaten leiden. Het uitvoeringsplan en wijkconvenant zijn niet statisch. Andere zorg- en welzijnspartijen die in het gebied werkzaam zijn, kunnen zich er bij aansluiten als ze de GWI-doelen onderschrijven.

Het gewenste resultaat, het uitvoeringsplan en wijkconvenant GWI per gebied, komt dus tot stand door in overleg met de maatschappelijke partners en de wijkraad op basis van het Manifest GWI en de gebiedsvisie na te gaan welke GWI-doelen kunnen worden geimplementeerd en dit te vertalen in een concreet uitvoeringsplan. Meerwaarde ontstaat door ontwikkelingen en processen te combineren en op elkaar af te stemmen en kansen die zich voordoen, te benutten.
Hieronder volgt een opsomming in hoofdlijnen van het proces en het belangrijkste product in desbetreffende fase:

Afgerond
1. Het opstellen van de gebiedsvisie GWI met raadpleging van maatschappelijke partners (opdracht aan Soab)
2. Bespreken van de gebiedsnotitie waarbij ook een relatie wordt gelegd met de gebiedsdoelen wonen. (ambtelijke werkgroep GWI)

Vervolgstappen (april -november 2009)

3. Vaststelling door het college van de gebiedsvisie als richtinggevend document.
4. Het organiseren van bijeenkomsten met de maatschappelijke partners waarbij van gemeentewege wordt gestuurd en gewerkt aan de totstandkoming van een uitvoeringsplan voor het hele gebied Princenhage/Heuvel waarbij per wijk maatwerk wordt geleverd. De partners zijn in eerste instantie Stichting Ouderenwerk Breda, Wijkraad Buitengebied Breda-Zuidwest, Wijkraad Heuvel, Dorpsraad Princenhage, Amarant, woonstichting Singelveste AlleeWonen, woonstichting Wonen Breburg, woonstichting Laurentius, Surplus Welzijn, Careyn Thuiszorg, Oranjehaeve en Breedonk.
5. Het toetsen van de plannen en het wijkconvenant aan de GWI meetlat.
6. Presentatie uitvoeringsplan per gebied en ondertekening van het wijkconvenant door de
maatschappelijke partners.
7. Aanbieding uitvoeringsprogramma en wijkconvenant aan het college.

Financieel.
Het uitvoeringsplan dient plaats te vinden binnen de bestaande financiële kaders. Voor aanvullende activiteiten die passen binnen het gezamenlijk onderschreven uitvoeringsplan, kan beroep worden gedaan op de gebiedsimpulsen GWI die door de raad eind 2007 zijn vastgesteld. Voor Princenhage/Heuvel is tot 2011 jaarlijks € 8.900,- beschikbaar.


Overige nieuwsberichten